Campotosto, in het hart van het Nationale Park van de Gran Sasso en de Monti della Laga, is vooral bekend om drie dingen: het meer, de mortadella en, helaas ook, de aardbevingen in 2009 en 2016.
Het Lago di Campotosto is een groot artificieel meer, dat hoog ligt: maar liefst 1300 meter boven de zeespiegel. Men is begonnen met de aanleg ervan in de dertiger jaren, om hydro-elektrische energie op te wekken voor de omgeving. Het is nu beschermd gebied, omdat het rijke flora en fauna kent. Langs de evers van het meer zijn vele plekken voor kampeerders en campers. Het is ook een geliefd gebied voor mensen die houden van surfen en kanovaren.
In Campotosto en omgeving wordt al ruim vijf eeuwen lang een bepaalde mortadella gemaakt, die typisch voor de streek is. Ze worden ook wel ‘coglioni di mulo’ (ballen van een ezel) genoemd, maar het typische zit ‘m niet in vorm. De mortadella wordt gemaakt van varkens, die in het gebied van de Monti della Laga gehouden worden. Elke worst weegt ongeveer 330 gram, is eivormig en heeft een fijne structuur. Midden door de worst loopt een stuk spek en dat maakt de worst anders dan de andere. Als je de worst doorsnijdt, is ie rood-roze van kleur, terwijl in het midden duidelijk de witte strook spek te zien is.
De mortadella’s worden niet in grote hoeveelheden gemaakt: er zijn niet veel ‘Campotostari’ die de traditie voortzetten. Dat is des te droeviger, als je bedenkt dat het plaatsje Campotosto zelf (niet ver van Amatrice vandaan) eerst in 2009 licht, maar in het afgelopen jaar zwaar beschadigd is geraakt bij de aardbevingen. Dat maakt het in stand houden van tradities wel heel moeilijk.